‘Over community’s moet je niet naïef zijn’, zegt klinisch psycholoog Philippe Delespaul. ‘Ze geven kracht, maar kunnen ook stress opleveren.’ Zes vragen aan Delespaul, initiatiefnemer van de maatschappelijke beweging de ‘Nieuwe GGZ’ en betrokken bij de Rotterdamse community initiatief Geestverwanten. Een gesprek over weerbaarheid, Corona en de zoektocht om op een intelligente wijze tot een groter geestelijk welzijn te komen in de wijk.

Door: Maaike Miedema

1. Wat is uw betrokkenheid bij het Rotterdamse community initiatief Zorgvrijstaat?

‘We zitten in hetzelfde netwerk voor vernieuwing in de GGZ. Drie jaar geleden zochten we vanuit de beweging de Nieuwe GGZ naar lerende communities, met groeipotentie. Zo leerde ik Alexander Hogendoorn van Zorgvrijstaat en Michael Milo van het landelijke initiatief Samen Beter kennen. We wisselen regelmatig inspiratie uit. Langzamerhand ontstaat er nu een decentraal, lerend netwerk. Zelf verbind ik interessante partijen en communities als Zorgvrijstaat en het lectoraat Dynamiek met de Stad met elkaar, voor ervaringsuitwisseling en feedback. We hopen tot een groeizaam veld te komen en het lukt aardig. Inmiddels zijn er in Nederland en België al snel zo’n 50 teams actief met het gedachtengoed van de Nieuwe GGZ, variërend van buurtcomités, sportclubs tot gemeenten.’

“In totaal zijn er al snel zo’n 50 teams actief met gedachtengoed Nieuwe GGZ.”

2. Wat kunnen we van Corona leren, als het om communities in de wijk gaat

‘Als Corona ons één ding leert, dan is dat wel het belang van de wijk als ‘nesting’ plek van onze primaire sociale netwerken als het gezin, buren en kennissen. Initiatieven als Zorgvrijstaat en Geestverwanten versterken zulke plekken, doordat zij netwerken met elkaar verbinden. Dat is belangrijk voor het sociale weefsel in de wijk en de mensen die er wonen. Netwerken dragen allerlei (hulp) bronnen in zich. Van een praatje op straat en boodschappen voor elkaar doen, tot het verkrijgen van een baan. Al moet je ook niet naïef zijn. Communities zijn net zo goed bronnen van stress. Hoeveel psychopathologie zie je niet in de onderlinge relaties van een gezin? Of op scholen waar kinderen elkaar pesten? Hoeveel psychopathologie en stress ontstaat er niet op het werk? Communities zijn niet per definitie helend.’

3. Nu met Corona treffen we elkaar online. Maakt het nog uit online of face-to-face contacten?

‘Face-to-face communities zijn steviger dan online communities, omdat je geen escape hebt. Maar ieder voordeel heeft een nadeel. Want door die stevigheid kunnen face-to-face communities ook gemakkelijker stress in stand houden. Communities bieden dus zowel kansen als stress. Dan komt het op je coping strategie aan: pak je een stressvolle situatie, zoals een scheiding of werkloosheid, aan of vlucht je weg?’

“Communities zijn niet per definitie helend”

4. U zegt dat het dagelijks (over-) leven de echte uitdaging vormt voor veel mensen. En dat het een paradigma verschuiving vergt, wil de GGZ haar werk goed doen. Waarom is de focus op de buurt hierbij zo belangrijk?

‘Werken in de wijk is van belang, omdat gedrag zo enorm context afhankelijk is. Je kunt maar beter in het leven van alle dag tot gedragsoptimalisatie komen, dan door droog te zwemmen in de spreekkamer. Belangrijkste vraag: onder welke omstandigheden gaat het beter of slechter? Waarin zit dat verschil? Waar zit de weerbaarheid? Onder welke omstandigheden ben je wél in staat om je leven onder controle te brengen? Het dagelijkse leven is hierbij de basis. Het maakt in wezen niets uit of je een depressie- of een angstgevoeligheid hebt. Waar het om gaat is de vraag hoe je met je volle boodschappenkar door de Albert Heijn langs de kassa laveert, zonder dat je de kar in de winkel achterlaat en gillend weg loopt.’

5. Wat is de kracht van Zorgvrijstaat en het Leernetwerk Geestverwanten?

‘Zorgvrijstaat empowert een aantal lokale initiatieven en voorkomt tegelijkertijd dat er een eenheidsworst ontstaat, zodat al deze initiatieven een soort ‘Zorgvrijstaat-identiteit’ krijgen. Is belangrijk hoor! Verschillende sferen, verschillende activiteiten. Voor elk wat wils.’
‘Nu moeten we nog nadenken over een goede strategie voor de netwerker binnen netwerken. Hoe kunnen we los laten en zaken uit handen geven, zodat de verschillende communities de ruimte krijgen om zich zelfstandig door te ontwikkelen.’

“Het heeft geen zin om idealen te bouwen met enkele mensen op een eiland.”

6. Werken aan weerbare wijken vergt leiderschap. Hoe ziet dat er wat u betreft uit?

‘Communities ontstaan niet vanzelf. Het is de empowering van één, twee of drie mensen die communities bouwen. Je krijgt een beweging gestart door visionaire mensen. Toch heb ik paradoxaal genoeg een ambivalente houding ten aanzien van charismatisch leiderschap. Zelf ben ik meer gecharmeerd van de zogenaamde Democratische Psychiatrie, zoals deze in de jaren 70 in Italië is ontstaan. In gesprek met de grondleggers zagen we telkens dat het zinloos is om een met je idealen op een eiland aan de slag te gaan.

Hier en nu

De uitdaging is om onze wijze van denken en handelen, hier en nu, midden in de samenleving te veranderen. Dat inzicht heeft mij blijvend getroffen. Nu zoek ik dus naar wegen om een beweging te genereren, die niet afhankelijk is van enkele charismatische voortrekkers. Zelf wil ik ook niet hét gezicht zijn van de Nieuwe GGZ, maar een facilitator van dit proces, ideeën zaaien en de dialoog aangaan.’